Met een trillende hand neemt Pieter de telefoon op. ‘Po…. Politie … . Met agent Pol.'
‘Het is een ramp. Een catastrofe!’ klinkt meteen de stem van de burgemeester. ‘Mijn goudgeelgestreeptekieuwademvissen zijn gestolen. Er is een dief!'
Agent Pieter Pol verhuist naar het dorpje Rustdal. Er zijn daar geen boeven en dat is maar goed ook, want Pieter is bang voor boeven. Maar dan verdwijnen de vissen van de burgemeester en moet Pieter de dief proberen te vinden.